Oudedagsvoorziening

Check op tijd de stand van uw oudedagsreserve

Met het opschuiven van de pensioenleeftijd denken ook veel zorgprofessionals na over het invullen van hun ‘oude dag’. Velen overwegen een soort deeltijdpensioen. Wat kan dat betekenen voor de oudedagsreserve?

Oudedagsreserve is géén spaarpot!

Wie ondernemer is voor de inkomstenbelasting mag jaarlijks een deel van de winst reserveren in een oudedagsreserve (OR). Deze reservering is puur boekhoudkundig. U reserveert een deel van de winst waardoor u uitstel (geen afstel!) van belastingheffing krijgt over dat deel van de winst. Met het bedrag dat u extra overhoudt, kunt u dan een oudedagsvoorziening, zoals een lijfrente, aankopen.

Voorwaarden. Om een oudedagsreserve te mogen vormen, moet u ondernemer zijn voor de inkomstenbelasting en voldoen aan het urencriterium (per kalenderjaar 1.225 uur besteed aan uw praktijk). U mag aan het begin van het kalenderjaar de AOW-leeftijd nog niet hebben bereikt.

Opbouw oudedagsreserve. U mag 9,44% van de winst aan de reserve toevoegen, met een maximum van € 8.775,-. Let op.  De toevoeging wordt verminderd met de (verplichte) pensioenpremies die u als bedrijfskosten heeft geboekt. De oudedagsreserve mag door de toevoeging niet hoger worden dan het ondernemingsvermogen. Tip.  U mag van jaar tot jaar beslissen of u wel of niet wilt toevoegen aan de oudedagsreserve.

Wanneer neemt de oudedagsreserve af?

  1. Als u een lijfrente aankoopt voor een inkomensvoorziening en u de Belastingdienst verzoekt om de oudedagsreserve met dat bedrag te laten afnemen. In plaats van een verzekering kunt u ook kiezen voor banksparen.
  2. Als het bedrag van uw oudedagsreserve hoger is dan het ondernemingsvermogen, én:
  • u uw praktijk geheel of gedeeltelijk staakt; of
  • u op 1 januari van het kalenderjaar de AOW-leeftijd heeft bereikt; of
  • u dit kalenderjaar en het vorige kalenderjaar niet aan het urencriterium voldoet.

Belastingheffing voorkomen. Als de oudedagsreserve afneemt, heeft u een hoger inkomen en dus betaalt u meer belasting. Door een lijfrente aan te kopen ‘neutraliseert’ u dit effect.

Pensioen in zicht

Als uw pensioenleeftijd nadert, heeft u drie keuzes: gewoon doorgaan met werken, minder gaan werken of stoppen met uw praktijk. De keuze is voor eenieder verschillend. Wat u ook kiest, u moet in alle gevallen rekening houden met het eventueel vrijvallen van de oudedagsreserve.

Gevolgen voor de oudedagsreserve

  • Staken van de praktijk.Met het (gedeeltelijk) staken van uw praktijk wordt uw oudedagsreserve (gedeeltelijk) opgeheven. De reserve wordt bij uw winst opgeteld.
  • Minder uren werken.Als u wel doorgaat met uw praktijk, maar het rustiger aan gaat doen, moet u rekening houden met het urencriterium. Als u twee achtereenvolgende jaren niet voldoet aan het urencriterium wordt de oudedagsreserve opgeteld bij de winst.
  • Langer doorwerken.Als u na het bereiken van de AOW-leeftijd doorgaat met uw praktijk, valt uw oudedagsreserve toch vrij. Als u dit niet wilt, moet u tijdig een lijfrente aankopen.
  • Einde van de rit.Bij uw overlijden moet er fiscaal worden afgerekend over de oudedagsreserve. De reserve wordt dan opgeheven en wordt opgeteld bij de belastbare winst.

De oudedagsreserve is alleen maar op papier een pensioenspaarpot, het is slechts uitstel van belastingheffing. Denk ruim voor uw AOW-leeftijd na over de vraag wanneer u geheel of gedeeltelijk wilt stoppen met werken en heb hierbij ook aandacht voor de oudedagsreserve.

 

bron: ondernemingsdatabank